De VPRO op het web

Oh, het is een bóer


Andere Tijden
NEDERLAND 3, 20.55-21.30 UUR

Het is vast overtrokken, maar het klinkt goed: de høkgiganten van Normaal hadden nooit bestaan zonder de uitbater van één kroeg: De Pröhs in Hummelo.
Toen Bennie Jolink er begin jaren zeventig stamgast werd, had hij er al heel wat omzwervingen opzitten, vertelt hij vanavond in een herhaling van Andere Tijden. Hij was de verdwaalde, stadse bohémien tussen de dorpsjongens én de boerenpummel uitgelachen door de notariszoontjes van een Doetichems gymnasium. En toen hij, na een bevrijdende tijd aan de kunstacademie van Enschede naar Amsterdam trok om het helemaal te maken, liep hij weer tegen een muur op. Hij zag er hip genoeg uit in zijn felgekleurde Kapitein Haak-pakken, maar zodra hij zijn mond opendeed, was het mis: ‘Ik zag al die geïnteresseerde gezichten betrekken en denken: oh, het is een bóer. Een uit de klei getrokken baviaan.’
Teleurgesteld terug naar het oosten dus - eerst nog naar Enschede, maar algauw terug in zijn geboortedorp, waar hij die ene kroegbaas ontmoette. ‘Wat kon die man prachtig met taal omgaan, als het moest, kon hij de mussen van het dak praten. (...) Die man heeft mijn leven totaal veranderd. Het kwam weer in zicht: het 'sprekken', het eindeloos verhalen vertellen met een subliem gevoel voor overdrijving, die levensstijl waar natuurlijk een pot bier bij hoorde en die De Pröhs op zijn onnavolgbare wijze tot kunst had verheven. (... ) Dit was echt, puur, heel wat anders dan dat opgeschroefde gedoe dat ik in Amsterdam en Enschede had meegemaakt. Zo moest het dus, die kant moest ik op.’
En die kant ging het op. Zijn pas opgerichte band hees zich in de hobbezakkerige pakken van de Pröhsganger, klom in 1975 op een podium in Lochem en Jolink brulde boven een oerboerse blues uit zijn eerste plat-Achterhoekse strijdkreet: ‘Ik zat laatst te schijten op de pléé!’
De rest is, zoals dat heet, geschiedenis. Met dank aan die man achter de bierpomp.

DIRK-JAN ARENSMAN
terug naar Normaal

Deze pagina is bijgewerkt op