Groninger Dagblad
Drentse Courant

opgegaan in het Dagblad van het Noorden

Törf speelt Beukema:
'Best Dutch roots record yet'

Gewoon wereldmuziek dus

Echt, het lag gewoon op een piano in openluchtmuseum 'Het Hoogeland' in Warffum. Flip Rodenburg doedelzakspeler van Törf ontdekte in 1992 een manuscript van Jacob Pieters Beukema (1782-1859), waarin een veertigtal dansen op schrift. Het eigen geluid van de Groninger volkmuziekgroep en de notenbalken van de schoolmeester/koster/voorzanger uit Leens resulteerden zes jaar later in een cd. Op zich al bijzonder, maar de nieuwste editie van World Music van the Rough Guide, noemt het album zelfs 'best' Dutch roots record yet'. Vrij vertaald: ' De beste cd met Nederlandse volksmuziek tot nu toe'.

Volgens The Rough Guide is in Nederland nauwelijks nog origineel oud-Hollands geluid te vinden, hoewel er een kleine stroming van musici bestaat die het Nederlands of dialect uit vroegere tijden brengt.


Door Herman Sandman

Een van die verrassingen bleek de cd, Törf speelt Beukema, volgens de wereldbekende gids (ook met edities over landen, cultuur en sport). World Music meent dat de Groningers, met al hun doedelzakken, traditionele blaasinstrumenten, accordeon, banjo, bouzouki, basgitaar en zang, échte Nederlandse muziek spelen. Denk dus niet, dat wanneer een formatie als Törf in de regel voor zeventig liefhebbers optreedt, er sprake is van kleinschaligheid. "Want", weet zanger Henk Scholte (40), "het is gewoon wereldmuziek dus. Folk is overal, ieder land heeft zijn eigen genre en dat waaiért uit over de hele wereld. Een kennis van mij in Cuba draait 'Beukema' ook. Dat: vinden ze mooi. Maar we zijn inderdaad erg verbaasd, jazeker. Mensen komen ons op het; spoor via internet en de bestellingen komen overal vandaan. De eerste oplage van duizend is bijna uitverkocht> "Toen wij 25 jaar geleden begonnen", vult de 42-jarige Teddy de Jonge (Gepas, gitaar) aan, "bestond die hele term World Music nog niet. Volksmuziek maakten we. Dat was toen wel populair. Het bijzondere aan de stukken van Beukema, die ooit ook een achttien coupletten tellend Lainster Volkslaid schreef, was het hoge niveau voor die periode, zeg maar de eerste helft van de negentiende eeuw. Cultuurhistorisch een belangrijk document, want de muziek is vrij onbekend. Een dergelijk origineel dansboek is echt uniek voor Nederland. Of het typisch Gronings is, blijft onduidelijk. Er werd toen ook veel gereisd natuurlijk en invloeden kwamen overal vandaan."
Beukema schreef Muzijkstukken quas scripsit JP Beukema voor kleinzoon Jakob Jan Beukema (1836-1891). De gegoede burgerij zag elkaar geregeld op avonden van de Nutsdepartementen. Met na de officiële plichtplegingen dans, muziek of voordracht en vermoedelijk heeft Jacobs Pieters dansen willen vastleggen voor het nageslacht. Het manuscript bevat alleen instrumentale stukken. Voor de kenners: tien walsen, negen exosen, één schots, vier Angloises, twee polonaises, twee conterdansen, alsmede een madelot, een sleifer, een boeree, een menuet, een trio, een cosaque, een andante, een moderato, een allegretto en de Doode Marsch, die als enige een titel heeft. Hoewel origineel door twee violen en bas gespeeld, is de interpretatie volgens de wetten van Törf. Eddy de jonge: "Een zo goed mogelijk combinatie van het typische Törfgeluid en Beukema."

Niet kenmerkend
De cd is overigens niet kenmerkend voor de band, waarvan de Gebroeders Geert en Bert Ridderbos eveneens deel uitmaken. Beukema's 'ontdekker' Rodenburg en het tweetal Ridderbos zijn muzikaal geschoold, Scholte en De Jonge niet. De band maakte in een kwart eeuw twee eigen elpee's (Kovvie kloar en 't Wordt aans), speelde mee op Midwintertied, Wiendeldoare en Al tosamen in Strackholt. De huidige crew is naast 'Beukema' verantwoordelijk voor nog twee cd's: 't Braide woater en Dr is n laand en verleende medewerking aan Het daghet inden oosten/Bagpipes of de low countries en in 1997 aan een plaat van Helmut Debus, Noord-Duits streektaalzanger.
"Het verschil met andere Groninger bands", benadrukt De Jonge, "is dat bij ons de muziek vooropstaat en niet de taal." "Bovendien", vult Scholte aan, "is kwaliteit het streven. We zijn absoluut niet commercieel. Kijk, Beukema staat al sinds 1992 op het repertoire, maar is pas na zes jaar perfectioneren op de plaat gezet. Toen het ergens op leek. Inkomsten worden ook besteed aan volgende projecten. Public relations doen we niet aan en een populistische toer is uit den boze. Er wordt ons wel gevraagd: waarom speel je dit of dat niet en dat moet dan iets leuks of gezelligs zijn. Daarvoor is Törf echter niet geschikt." De Jonge: "De interesse geldt meer folk, achtergrond en het cultuurhistorisch belang, dan dat we 'gemakkelijk geld' willen verdienen. Met Beukema is er een aardig voorbeeld van onze muzikale wortelen vormgegeven. Trouwens, deze hele nasleep van Törf speelt Beukema is leuk en er is ook een bijbehorend boek uitgegeven met achtergrondinformatie, maar daar blijft het bij. Het was een project. We zijn meer dan dat."
Die hele 'spinoff' ontwikkelt zich trouwens ook op een andere manier". verklapt Scholte, "naast reacties dat men al jaren naar dit soort muziek zocht en het eindelijk bij ons heeft gevonden, worden cassettes opgestuurd waarop mensen hun eigen versies van het manuscript spelen. Erg 1euk, ja. We overwegen dus, om al die lui een keer uit te nodigen".
Om te vervolgen: "Momenteel heeft Jan Boer echter de aandacht. Al 25 jaar eigenlijk. Op basis van zijn poëzie willen we muziek maken. De in 1983 overleden Rottumer schrijver/dichter (wiens honderdste geboortejaar vorig jaar werd herdacht, hs) schreef hele mooie landschapsteksten. Een voorproefje is op 26 februari in het Veenkoloniaal Museum in Veendam te horen. Tijdens dat optreden 'doen' we veel Boer. Een cd is echter niet voor 2001 te verwachten. Het moet wel eerst goed zijn.

terug naar Törf

Deze pagina is bijgewerkt op