TIJDSCHRIFT
VOOR FOLK EN
WERELDMUZIEK

NEWfolkSOUNDS op het web

TÖRF,

meer dan dertig jaar Groninger muziek

Afgelopen december bracht de Groninger groep Törf zijn nieuwste cd, Olipodrigo, uit. Nog steeds staan de Groninger taal en muziek centraal, maar voor de eerste keer in het bestaan zijn er ook muziekstukken van ver over de landsgrenzen op de cd te horen. Het is meer dan dertig jaar geleden dat Törf voor het eerst van zich liet horen. Door die drie decennia heen heeft de groep een herkenbaar geluid opgebouwd dat, vooral na het uitgeven van de cd Törf speelt Beukema, ook buiten de grenzen een vaste schare fans weet te bekoren. Ik sprak in het gebouw van de Groninger archieven met een van de grondleggers van Törf, Eddy de Jonge en met Flip Rodenburg, die met zijn unieke doedelzakgeluid een belangrijke stempel op het geluid van de band drukt.

Tekst Eelco Schilder

De eerste keer dat Törf van zich deed spreken was in 1975. Geïnspireerd door groepen als Fairport Convention wilden Eddy de Jonge en Alex Vissering, samen met een drummer, folk-rock spelen. In die eerste jaren was Henk Scholte, de huidige zanger en boegbeeld van de band, nog niet bij de groep betrokken. De Jonge: 'We speelden elektrische folk, maar wel in het Gronings. Een poging tot het opnemen van een lp op het Universe label mislukte en daarna viel de band uit elkaar. Henk was toen een jongetje van een jaar of vijftien en kwam op zijn fiets altijd naar de optredens. Hij hing een beetje rond de band en toen deze uit elkaar viel is Henk direct de volgende dag bij me gekomen en zijn we met z'n tweeën doorgegaan. Vanaf dat moment is Henk "Törf". Er wordt wel eens gezegd: "daar heb je Henkie Törf met zijn begeleiding", een feit dat we allemaal accepteren. Na deze herstart speelden we met verschillende muzikanten die allemaal niet lang zijn blijven hangen. Pas toen Sietske Bloemhoff bij de groep betrokken raakte werd het serieuzer. Sietske was onze artistieke leidsvrouw. Muzikaal wist ze veel, ze kon stukken schrijven en had discipline, een eigenschap die Henk en ik niet zo bezitten. Ze had, samen met Henk Bloemhoff, de lp Singeliers opgenomen waarop liedjes uit Stellingerwerf te horen zijn. Hierdoor had ze de contacten met het Universe label en konden we daar de eerste twee lp's uitgeven. We waren in die tijd een van de weinigen die wisten dat er zoiets bestond als een Groninger traditie en dat er liedboeken bestonden met teksten uit de streek. Ze werden door niemand gebruikt en dat werd de basis van de beginjaren.'

Het waren, ook in Nederland, de glorietijden van de folk. Törf speelde in zowel binnen als buitenland. Het doel was in eerste instantie het nieuw leven inblazen van de Groningstalige volksmuziek. De eerste twee lp's Kovvie kloar en T wordt oans bevatten dan ook een rijke verzameling traditionele liederen. Toen begin jaren tachtig de folkrevival op zijn einde liep en de meeste groepen waren opgedoekt, bleef Törf bestaan. De Jonge: 'Ineens werden we niet meer omarmd door de folkbeweging, maar kwamen we terecht binnen de Groninger taalbeweging. De streektaal was in die tijd in opkomst en er werden overal Groninger avonden georganiseerd. We speelden op die avonden samen met dichters en andere mensen die met streektaal bezig waren. Zo hielden we toch de mogelijkheid om te blijven spelen en ons geld te verdienen. In de eerste periode waren we zo goed als de enigen die muziek in het Gronings maakten.

Gedurende die jaren tachtig besloot Sietske te stoppen met de band. Tegelijk met haar vertrek kwam Flip Rodenburg bij de groep. Hij bracht, als bespeler van oa de doedelzak, een heel ander geluid. Rodenburg: 'Voor de tijd dat ik met Törf speelde had ik wel eens met Henk samengewerkt. Toen Sietske vertrok heeft hij mij gevraagd om bij de groep te komen. Ik kende Törf wel een beetje, maar zat meer in de middeleeuwse hoek. Nou is de afstand tussen folk en middeleeuwse muziek niet zo heel groot, zeker niet als je, zoals ik, veel speelmanmuziek speelde. Toen ik erbij kwam waren het onrustige jaren. De groep kende veel personeelswisselingen, te rommelig om bijvoorbeeld een cd op te nemen. Ondanks die personeelswisselingen denk ik wel dat dit een belangrijke tijd is geweest. De meeste van de mensen die bij de groep voor langere of kortere tijd betrokken zijn geweest, hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van het "Törf" geluid. We hadden bijvoorbeeld een bluegrass/country muzikant die kort bij ons heeft gespeeld. Hij wist de muziek veel swingender te maken en deze nieuwe levendigheid heeft tot op de dag van vandaag invloed op onze muziek. Overigens kwam Bert Ridderbos in die tijd bij de groep en dat is nog steeds een van de vaste muzikanten: De Jonge: 'De rust kwam echt terug na de komst van Geert Ridderbos. Geert dwong ons om een lijn uit te zetten en afspraken te gaan maken. Daarvoor was het vooral gewoon wat spelen en dat is allemaal heel creatief, maar het verzand wel snel. Geert was degene die zorgde dat zaken klopten, hij wilde niet dat we met rode koppen op het podium zouden staan omdat we niet meer wisten welk nummer we zouden spelen of in welke maatsoort. Veel groepen zijn kapot gegaan omdat ze niemand hadden die structuur kon aanbrengen. Ook wij hebben het nodig om iemand te hebben die dat kan, want niet iedereen in de band heeft dat in zich.

Na twaalf jaar niets te hebben opgenomen kwam in 1993 de eerste cd uit: T braide woater. De "betonnen" status, zoals Flip Rodenburg het treffend noemt, zorgde ervoor dat Törf nog steeds een groot publiek aan zich wist te binden. De Jonge: 'Inmiddels hadden we eigenlijk al niet meer zo een grote plek binnen de taalbeweging, daar wilde men toch vooral stemmingsmuziek of countryachtige stijlen boren. Op een of andere manier passen we nu weer beter binnen het folkcircuit, zoiets gaat altijd in golfbewegingen. We bleven een folkgroep, maar gingen in de jaren negentig ook werk van dichters op muziek zetten. Onze stijl bleef grotendeels wel hetzelfde, alleen richtten we ons niet meer enkel op de oude traditionele teksten.'

Wereldwijde bekendheid binnen de wereld van de traditionele muziek verkreeg de groep met hun cd Törf speelt Beukema. De Rough Guide voor wereldmuziek noemt het de beste Nederlandse roots muziek en zowel de cd als de boekuitgave vinden hun weg naar liefhebbers wereldwijd. Rodenburg: 'Beukema is me overkomen. Ik loop een museum binnen, gewoon omdat ik niets te doen had, en daar stond op een piano een manuscript waarin een zekere Beukema allemaal traditionele dansen had opgeschreven. Nou heb ik wel eens een ander manuscript met dansen gezien en wist dus hoe zoiets eruit moest zien. In eerste instantie dacht ik dat het gewoon een kopie was van een ander manuscript, maar geen enkele melodie kwam me bekend voor en langzaamaan realiseerde ik me hoe uniek deze vondst was. Ik vroeg aan de balie of ik het even mocht bekijken en in het museum ben ik het gaan kopiëren. Die mensen hadden echt geen idee wat ze daar hadden liggen, hoe waardevol zo een verzameling melodieën is. Inmiddels weten ze dat wel en ligt het veilig in de kluis. De kwaliteit van het door Beukema verzamelde werk was groot, die man had oog voor wat goede muziek was. Waarschijnlijk heeft hij een veel grotere verzameling aangelegd en was dit manuscript een selectie die hij voor zijn kleinzoon had gemaakt. Ik heb de stukken in Törf ingebracht en de andere muzikanten waren direct enthousiast. Toen we ermee gingen experimenteren bleken het inderdaad uitermate geschikte stukken te zijn. In het verleden hadden we wel eens eerder geprobeerd een manuscript te spelen, daar haalden we dan met veel moeite een enkele geschikte melodie uit. Bij Beukema bleek het ene na het andere stuk gewoon prachtig te zijn. We zijn natuurlijk helemaal geen instrumentale groep en dit waren allemaal instrumentale stukken. We moesten eraan wennen dat de zang nu niet meer centraal stond, maar dat de instrumenten ineens op de voorgrond stonden. Omdat het allemaal dansen waren hebben we contact gezocht met dansers, aangezien we geen ervaring hadden met het spelen van dansen en dat toch een hele eigen speelstijl is. We hebben ze wel bewerkt, we zijn immers geen dansgroep, en er mooie melodieën van gemaakt. Feit is dat we in de Rough Guide staan als makers van de beste Nederlandse roots cd, al ben ik bang dat dit toch een beetje de mening van één persoon is. Het betekent natuurlijk wel dat we een product hebben afgeleverd dat zich kan meten met het beste wat ooit in Nederland is uitgegeven.

Op de cd Op roemte vroeg de band aan violist Marius Greiner om een aantal stukken in te spelen. Later werd de groep nog aangevuld met gitarist Jos Kwakman en is de huidige line-up compleet. De cd bevat gedichten van Jan Boer, die op muziek gezet zijn door Eddy de Jonge, afgewisseld met instrumentale stukken van Bert Ridderbos. Afgelopen herfst verscheen de laatste cd Olipodrigo. Het eerste dat opvalt is dat de groep niet meer alleen muziek uit de eigen streek haalt, maar ook, onder andere, Galicische muziek speelt. Rodenburg: 'Eigenlijk hebben we altijd ook muziek gespeeld uit andere culturen, alleen was die niet zo nadrukkelijk aanwezig en hebben we die steeds van de cd afgehouden. We wilden nu eens een cd opnemen die een doorsnede laat horen van de stukken die we spelen. Dus nu lijkt het alsof we ineens andere stukken spelen, maar ze hebben altijd op ons repertoire gestaan'. De Jonge: 'Ook de komst van Jos en Marius heeft daar welinvloed op gehad. Ze namen stukken mee die hun oorspong rond de Middellandse zee hebben en dat samen met het Gronings, het Galicisch, Iers en andere stijlen, dat is Olipodrigo, wat Gronings is voor mengelmoes. Maar ondanks die verschillende stijlen worden ze allemaal gedragen door het eigen geluid dat Törf door de jaren heen heeft ontwikkeld. En dat ontwikkelen van een eigen geluid is toch de belangrijkste doelstelling van een band. Eigenlijk laten we nu voor het eerst horen wat Törf echt is.

Voor meer informatie, kijk op www.torf.nl

cd-discografie:
T braide woater (1993)
Dr is n laand (1996)
Törf speelt Beukema (1998)
Op roemte (2001)
Olipodrigo (2006)
Allen uitgegeven in eigen beheer.

terug naar Törf

Deze pagina is bijgewerkt op